vr. mrt 24th, 2023

Omgaan met verschillende culturen op je werk

Annemie Spronk is 19 jaar werkzaam geweest als verpleegkundige in azc Baexem en Sweikhuizen. Haar taak was om de spreekuren te draaien. ´s Morgens kwamen cliënten met hun klachten bij de doktersassistent en vervolgens werden ze ingepland voor het verpleegkundig spreekuur bij Annemie.

Verschillende talen

Nederlands, Frans, Engels en soms een beetje Spaans wordt er tijdens de spreekuren gesproken. Duits werd er vroeger gesproken met de mensen uit voormalig Joegoslavië.

Het Engels van de asielzoekers verstaan, is soms lastig. “Als je met Jamaicanen Engels spreekt, moet je echt wennen. Het is zo anders dan ons Engels. Dat versta je niet zo een,twee,drie.”

Annemie communiceert voornamelijk via een telefonische tolk. Ze belt dan naar Concorde, het Tolken- en Vertaalbureau in Amsterdam. “Het is ook wel makkelijk om via een tolk te praten. De onderwerpen zijn soms heel gevoelig of emotioneel. Wanneer ik lastige en intieme vragen moet stellen, kan ik het als het ware via de tolk doen. Dan is er een soort van beschermende barrière tussen ons. Ze kijken weg als ze zich schamen, naar de telefoon. Dat voelt veiliger voor hen.”

Er wordt ook veel gebruik gemaakt van lichaamstaal en mimiek. “Je moet oppassen met grapjes, niet iedereen begrijpt onze Nederlandse humor,” zegt Annemie. “Mensen wenden vaak hun blik af en maken geen oogcontact. Dat wil niet zeggen dat ze je niet respecteren, maar iemand in de ogen kijken is in hun cultuur niet gebruikelijk.”

‘JE MOET OPPASSEN MET GRAPJES, NIET IEDEREEN BEGRIJPT ONZE NEDERLANDSE HUMOR’

Medische zorg

“Ik vind de mensen in het azc altijd erg vriendelijk. Ondanks alles wat ze meegemaakt hebben, blijven ze heel positief en aardig,” vertelt Annemie glimlachend. “Als je mensen vriendelijk en geduldig tegemoet treedt en ze je vertrouwen, kun je veel voor hen betekenen en hen beter ondersteunen in hun problemen. Je wordt met respect benaderd. Medisch personeel staat namelijk hoog aangeschreven in de landen waar zij vandaan komen.”

Maar niet iedereen bezoekt het spreekuur. Je hebt zorgmijders; mensen die de zorg heel hard nodig hebben, maar niet uit zichzelf naar het spreekuur komen. Annemie gaat dan langs de kamer waar ze wonen om te kijken wat er aan de hand is en ze te stimuleren om langs te komen.

Ook zijn er notoire zeurders; zij komen iedere keer voor kleine dingetjes terug en zijn niet snel tevreden. “In hun land van herkomst kunnen ze bijvoorbeeld bij de apotheek antibiotica kopen als ze keelpijn hebben, maar wij voeren in Nederland een heel ander beleid. We geven geen antibiotica als het niet nodig is, maar zelfzorgadviezen. Dat zijn ze niet gewend. Dan vinden ze het heel moeilijk om dit te begrijpen en zich daar bij neer te leggen,” legt Annemie uit. “Het wordt zelfs als discriminerend of racistisch opgevat. ‘Jullie willen ons geen antibiotica geven, omdat we maar asielzoekers zijn!’”

Verschillende culturen

Het gaat niet altijd goed met al die verschillende culturen bij elkaar. “Er zijn groepen die elkaar niet liggen, meestal zijn het toch de blanke tegen de donkere mensen. Dat zie je helaas heel vaak. Mensen kunnen er bijvoorbeeld niet tegen hoe anderen het toilet gebruiken en vinden dat vies. Moslims maken bijvoorbeeld geen gebruik van toiletpapier, maar spoelen zich met water na elke toiletgang. Er wordt flink geknoeid  op de wc met dat water en dat vinden andere mensen vies. Het is dan nat en ze denken wellicht dat het urine is.”

Mensen die vanwege hun seksuele geaardheid asiel aanvragen, zijn regelmatig slachtoffer van pesterijen of aanranding. Homoseksualiteit wordt door andere bewoners van het azc vaak gezien als een afwijking.

“Asielzoekers uit bijvoorbeeld Jamaica zijn vaak transgenders en zij kunnen dat heel ver doorvoeren. Hoe zij er uitzien is vaak zó opvallend. Voornamelijk mannen die in de beginfase van hun transitie zijn, met veel make-up en uitdagende kleding. Die vallen heel erg op, mede doordat sommigen erg lang of fors zijn.”

´HOMOSEKSUALITEIT WORDT DOOR ANDERE BEWONERS VAN HET AZC VAAK GEZIEN ALS EEN AFWIJKING´

Er zijn speciale aandachtsfunctionarissen van het COA (Centraal Orgaan opvang Asielzoekers) die het aandachtsgebied LHBT (lesbiennes, homo’s, biseksuelen, transgenders) hebben. Ook wordt er aandacht besteed aan de veiligheid in de gezamenlijke wc- en doucheruimtes. De deuren zijn extra hoog en laag gemaakt, zodat er niet overheen of onder door gekeken kan worden.

Diep geraakt

Naast discriminatie, pesten en racisme komt er ook automutilatie, suïcidepoging en suïcide voor in een azc. De suïcide van een jongeman heeft haar het diepst geraakt. “Het was een hele knappe jongen. Hij had het mooiste gebit dat ik ooit gezien heb in mijn hele leven, zijn tanden waren stralende, witte pareltjes,” vertelt Annemie. “Ik was bezig met zijn intake. Die was al vaker uitgesteld, want hij kwam niet uit zichzelf. Er waren signalen dat het niet goed met hem ging; hij kookte niet meer voor zichzelf, maar at ook niks wat andere asielzoekers hem aanboden. Door zijn psychische klachten was hij achterdochtig geworden en bang dat ze hem wilden vergiftigen. Vanuit mijn intake heeft hij het azc verlaten en elders suïcide gepleegd. Het duurde een paar dagen voordat hij werd gevonden.”

Annemie pauzeert even en vervolgt dan haar verhaal.

“Ik ben naar de herdenkingsdienst geweest. Het was moeilijk om de nabestaanden en zijn vrienden te troosten. Ik spreek de taal niet en ik ben niet goed op de hoogte van hun rouwgebruiken. Je weet niet of je te ver gaat of juist te weinig doet. Ik voelde me machteloos en had het gevoel dat ik gefaald had. Waarom heb ik hem niet de hulp kunnen geven die hij nodig had? Zijn er dingen tijdens de intake gebeurd die hem misschien hebben laten schrikken? Dit was heel indrukwekkend; deze tragische gebeurtenis zal ik nooit vergeten.”

‘WAAROM HEB IK HEM NIET DE HULP KUNNEN GEVEN DIE HIJ NODIG HAD?’

Tot slot zegt Annemie: “Ik heb me altijd heel erg goed en op mijn plek gevoeld in de asielzoekerscentra. Ik voelde me altijd de koningin van het azc als ik het terrein op kwam lopen. Ik heb natuurlijke affiniteit met buitenlandse mensen. Het klikt vaak tussen ons. De mensen zijn complimenteus, belangstellend en heel vriendelijk.

Ze hebben heel veel meegemaakt. Dat moet je goed in je achterhoofd houden. Maar met een natuurlijke, vriendelijke en belangstellende houding kun je heel ver komen. Zo heb ik het altijd ervaren.”

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *